Afhankelijkheid van alcohol (verslaving) heeft vier symptomen:

• Verlangen: een sterke drang of noodzaak tot drinken. 
• Geen controle: het drinken niet onder controle kunnen houden, op welk moment dan ook.
• Fysieke afhankelijkheid: ontwenningsverschijnselen zoals misselijkheid, zweten, trillen en angst, komen voor wanneer iemand na een periode van overmatig drankgebruik is gestopt.

Een ernstige verslaving kan leiden tot levensbedreigende ontwenningsverschijnselen zoals stuiptrekkingen, die acht tot twaalf uur na het laatste drankje beginnen. Delirium tremens begint drie tot vier dagen later, dan wordt iemand rusteloos, gaat trillen, hallucineren en verliest hij zijn greep op de realiteit.

Iemand die steeds meer drinkt, zegt vaak dat hij kan stoppen met drinken wanneer hij maar wil – hij wil het echter niet. Alcoholisme is niet iets waar iemand bewust voor kiest, het komt langzaam tot stand, waarbij iemands leven steeds meer verslechtert.

“Toen ik stopte met drinken realiseerde ik me pas dat de alcohol mijn lichaam had overgenomen zodat ik niet meer kon stoppen. Ik begon te trillen als een rietje, ik begon te zweten, ik kon niet denken tot ik nog een drankje had. Ik kon niet meer zonder.

De daaropvolgende acht jaar liep ik van afkickkliniek naar ziekenhuis, ik probeerde erachter te komen wat er met me was gebeurd, waarom kon ik niet stoppen? Het was mijn ergste en langste nachtmerrie.”– Jan